Fietser, schaatser, drummer, wegkapitein en kapper.

Carnaval 1971 (hij is dan 19 jaar) Chris van den Oetelaar besluit met vrienden aan de bar om te starten met fietsen. De eerste tocht is er eentje die veel mensen wel herkennen.  In hun enthousiasme rijden Chris en zijn maten toch verder dan ze eigenlijk aankunnen. Het thuisfront krijgt een melding uit Drunen of ze Chris komen ophalen. Hij zat ‘stik kapot’.

Chris blijft fietsen. Eerst  twee jaar toerfietsen een dan rijdt zo ’n vijf jaar plaatselijke koersen bij de ‘Wilde Bond’.

Chris doet naast het fietsen ook aan het schaatsen van marathons. Als Chris dus in 1996 lid wordt van VlugTrug is hij dus geen beginner meer op de racefiets. Binnen VlugTrug is hij meer dan een gewone meefietser. Hij is ook wegkapitein geweest zowel in het veld als op de weg.

Chris is niet alleen op de weg actief voor de club, maar ook in de zaal als drummer van de Quick back Band. Deze band werd aanvankelijk als gelegenheidsband opgestart voor de feestavond voor het 20-jarig bestaan van VlugTrug in 2003. Na een half jaar repeteren had de band een strak repertoire ingestudeerd van 19 nummers.  Hier konden ze geen avond mee vullen en daarom hebben ze alle nummers die avond nog een keer gespeeld maar dan als karaoke band waarbij de leden van VlugTrug mochten zingen.

Deze ‘eenmalige’ band heeft daarna toch nog zes jaar bestaan en zo’n 15 optredens per jaar gegeven. Naast Chris van den Oetelaar hebben de volgende mensen in de band gespeeld: Wim Ouddijk, Rien Hairwassers, Rob de Laat, Albert Benjamins en Wies Goossens.

Chris zegt zelf ‘Ik wil altijd hard fietsen’. Naast het hard fietsen heeft hij als toerfietser alle voorjaarklassiekers gereden. Natuurlijk heeft hij daar zoals elke wielrenner verhalen bij. Hij heeft zo een keer bij de Ronde van Vlaanderen tussen de koeien in de stal gezeten om de hoeveelheid mest aan te vullen. Een Dumoulinnetje voordat Tom Dumoulin kon fietsen.

Zijn meest gedenkwaardige klassieker was Luik Bastenaken luik in 1980. Het weer was toen zo slecht dat van de 4500 man die vertrokken slechts 145 man de meet haalden. Eén daarvan was Chris. Hij zegt hierover: ‘Ik ben een slechte klimmer, maar ik had het geluk dat ik bij de pauze in Bastenaken nog een setje droge kleren aan kon trekken’.

Als mooiste tocht noemt Chris zijn deelname aan de toertocht Parijs Roubaix. ‘Ik was in trance op de kasseien.’